Waarom België (nog) geen concurrent is.

Nederland is al drie seizoenen in gevecht met Portugal om de zesde plaats en lijkt voor het derde seizoen op een rij aan het langste eind te trekken. Vorig seizoen hebben wij zelfs even mogen dromen over de vijfde plaats van Frankrijk en ook dit seizoen zijn er opportunisten die denken aan plaats vijf. In de beginjaren van onze coëfficiëntenopmars lagen we in de clinch met landen als Schotland, Turkije, Oekraïne, Oostenrijk en België. Landen die nu één of meerdere straatlengtes achter ons staan. Toch horen we steeds meer individuen zich druk maken om onze zuiderburen en wordt België ook aangehaald in verschillende podcasts. In onze optiek is dit nogal voorbarig, maar uiteraard wijden wij daar graag een artikel aan.

Vooropgesteld, er worden geen Europese startbewijzen uitgedeeld op basis van een virtuele ranglijst over tweeënhalf seizoen. De Europese startbewijzen voor volgend seizoen zijn al verdeeld op basis van de coëfficiëntenranglijst van vorig seizoen. De ranglijst aan het einde van dit seizoen bepaalt de startbewijzen voor het seizoen ’26/’27. Om een klein beetje structuur aan te brengen zullen wij een blik werpen op dit seizoen en de komende twee seizoenen. Twee seizoenen vooruit kijken is al enorm ver dus verder kijken heeft weinig toegevoegde waarde.

Huidig seizoen (’24/’25)

Dit seizoen zijn er al 90% van de totale Europese wedstrijden gespeeld en toch zijn er nog voldoende coëfficiëntentenpunten te verdelen. Nederland kan in theorie nog stijgen naar de vijfde plaats, maar ook afdalen naar de zevende plaats. Hoger of lager is zelfs in theorie niet meer mogelijk. De enige overgebleven concurrenten zijn dus Portugal en Frankrijk. In hoeverre je nog van concurrenten kan spreken aangezien beide scenario’s heel onwaarschijnlijk lijken. België kan theoretisch Portugal nog verdrijven van de zevende plaats, maar is geen bedreiging voor Nederland.

Volgend seizoen (’25/’26)

De coëfficiëntenranglijst aan het einde van het volgende seizoen is bepalend voor de Europese startbewijzen voor het seizoen ’27/’28 en wordt opgemaakt over de seizoenen ’21/’22 tot en met ’25/’26. Op dit moment zijn er dus nog anderhalf seizoen te spelen voordat deze ranglijst wordt opgemaakt. Virtueel is dit huidige top10:

Gezien de huidige stand lijkt Nederland zich ook volgend seizoen alleen op Portugal te moeten focussen. De uitgangspositie lijkt enorm goed om voor het vierde jaar op een rij op plaats zes te eindigen! Gezien Nederland volgend seizoen twee directe startbewijzen heeft voor de Champions League zijn we al zeker van 2.000 bonuspunt (12.000/6). Portugal en België hebben één zeker startbewijs en zijn dus zeker van ‘maar’ 1.200 bonuspunt (6.000/5). De virtuele voorsprong op Portugal bedraagt dus 5.784 punt en op België zelfs 7.800 punt. Kijkend naar de voorgaande seizoenen, wist België in haar beste seizoen 4.400 coëfficiëntenpunt meer te behalen dan Nederland (’23/’24). Uitzonderingen daar gelaten kunnen we dus stellen dat België ook voor volgend seizoen geen bedreiging vormt voor ons. Portugal moet zich op haar beurt wel zorgen beginnen te maken.

Seizoen ’26/’27

Dit seizoen is hetgeen waar men naar refereert. De coëfficiëntenranglijst aan het einde van het dit seizoen is bepalend voor de Europese startbewijzen voor het seizoen ’28/’29 en wordt opgemaakt over de seizoenen ’22/’23 tot en met ’26/’27. Dat betekent dus dat ons superseizoen ’21/’22 komt te vervallen waarin wij 19.200 punten wisten te behalen. Het seizoen waarin alleen Engeland het beter deed dan Nederland. Portugal (12.916) en vooral België (6.600) raken aanzienlijk minder punten kwijt. Waardoor de huidige voorsprong verandert in een virtuele achterstand. Laten we alleen niet vergeten dat er nog tweeënhalf seizoen gespeeld moet worden voordat de definitieve ranglijst wordt opgemaakt. We zijn dus pas op 50% van deze ranglijst. Virtueel is dit huidige top10 zonder zekere bonuspunten:

Wanneer we de zekere bonuspunten voor volgend seizoen en de virtuele bonuspunten voor seizoen ’26/’27 al toekennen ziet plaats 5 tot en met 8 er anders uit:

Virtueel staat Nederland dus op een zevende plaats met 4.000 coëfficiëntenpunt achterstand op België, bedraagt de voorsprong op nummer acht Portugal slechts 0.300 punt en mogen onze zuiderburen zelfs dromen van de vijfde plaats. Laten we alleen niet vergeten dat we pas halverwege deze ranglijst zijn en dat er in de tussentijd nog heel veel kan en gaat gebeuren. Alleen al kijkend naar dit seizoen waarin wij nog vier clubs actief hebben en België er nog twee over heeft.

Uiteraard blijven we België in de gaten houden, deels al uit interesse. Dit seizoen zijn ze echter geen concurrent. Volgend seizoen zijn ze ook nog geen bedreiging, maar kan het geen kwaad om de virtuele ranglijst voor het seizoen daarna in de gaten te gaan houden. Het jaar daarna is tijdig genoeg om België als echte concurrent te beschouwen, maar wie weet hoe de ranglijst er dan uit ziet.

Wordt vervolgd!